Een doorgaande leerlijn theater voor de groepen 1 t/m 8, waarin alle basisprincipes aan bod komen, zoals wie, wat, waar, stemgebruik, mimiek en samenspel.
In de klas staat een mand met van alles erin. Elk voorwerp is aanleiding voor een verhaal.
Maak met elkaar een zwevende stad. Net zoals kunstenaar Marc Chagall, hij hield ook erg van zweven.
In vijf lessen maak je een filmpje waarin je je onderzoeksvraag uit het thema Aardse extremen verbeeldt.
Wat heb je nodig voor een rapbeat? Woorden!
In vijf lessen maak je een stopmotion met als thema Aardse extremen. Ook zijn deze lessen bij elk ander thema toepasbaar.
Spelvormen gebruiken om spreekwoorden en gezegden te verbeelden. Je moet er als de kippen bij zijn!
Wie kent de Gruffolo niet? In deze les ervaar je alle bewegingen uit het boek en maak je een begin met de Gruffolo-dans.
Voor leerkrachten: inspiratie om aan de slag te gaan met poëzie.
Een energizer gebruik je om de leerlingen op te warmen en ze te laten focussen.
Ee jambo is een lied dat gezongen en begeleidt kan worden met sambaballen en schudeitjes.
Maak een zelfportret met pastelkrijt en kleurpotlood.
Dieren ontwaken uit hun winterslaap, dieren worden geboren. Het is lente!
Met welke spullen uit je klas kun je allemaal muziek maken? Speel met de gevonden voorwerpen een lied.
Hoe ervaar je zelf de winter? En hoe doen dieren dat? Ook dans je over licht en donker. De winter in drie lessen dans.
Teken een muziekinstrument (of iets anders). Knip deze uit in stukken, schuif ze in elkaar en maak een Picasso.
Dansen als een fiets, wie wil dat nu niet? Je kunt deze les aanpassen naar elk voertuig die je maar wilt.
Je tekent de woorden die voorgelezen worden. Dat begint simpel en snel en wordt steeds moeilijker en ook daar krijg je minder dan een minuut de tijd voor.